‘Bij Riedewald, Bazoer en Tete maak ik me daar niet zo’n zorgen om’
Ajacieden als Riechedly Bazoer, Kenny Tete, Jaïro Riedewald en Anwar El Ghazi hebben het de laatste maanden moeilijk, terwijl ook andere Jong Oranje-internationals als Karim Rekik, Jean-Paul Boëtius en Ricardo Kishna bij hun clubs allemaal niet even veel aan spelen toekomen. Volgens Foppe de Haan redden die eerste drie het wel, al heeft hij bij de rest zijn twijfels.
“Bij jongens als Riedewald, Bazoer en Tete maak ik me daar niet zo'n zorgen om. Soms vergeten we hoe jong die gasten zijn”, vertelt hij aan het Algemeen Dagblad. Hij geeft echter niet iedereen het voordeel van de twijfel: “Je moet ook eerlijk zijn. Niet iedereen in Jong Oranje is goed genoeg voor Oranje.” Een van de spelers waar De Haan zijn vraagtekens bij zet is Kishna, die het zelf echter nog niet opgegeven heeft: “k was wel tevreden over mijn eerste seizoen. Ik heb toen toch een wedstrijd of vijftien gespeeld, maar toen raakte ik geblesseerd. Dat was zonde.”
Kishna is zelf nog niet bezig met het Nederlands elftal. Ondanks dat Danny Blind hem eerder een interessante speler noemde, weet hij ook dat hij eerst een keer een goed seizoen moet draaien bij Lazio.