Bij AZ weggestuurde tiener nadert debuut in Serie A: ‘Ik kom steeds dichterbij’
Nederlandse profvoetballers zijn in alle uithoeken van de wereld te vinden, van de spotlights van de grote Europese competities tot de meer avontuurlijke dienstverbanden op andere continenten. In de rubriek Over de Grens spreekt Voetbalzone wekelijks met een speler die buiten de landsgrenzen actief is. Met deze keer aandacht voor Tyro Nimmermeer, die als negentienjarige spits hoopt op een grote doorbraak bij de Italiaanse topclub Lazio.
Door Thijs Verhaar
“Zes-en-dertig goals.” Het ontzag klinkt duidelijk door in zijn stem als Nimmermeer nog even extra benadrukt hoe vaak Ciro Immobile afgelopen seizoen doel trof in de Serie A: 36 keer in 37 wedstrijden. De dertigjarige spits van Lazio won daarmee de Europese Gouden Schoen en schiet ook in de huidige jaargang weer met scherp. “En dat is dan mijn concurrent als ik een plekje in de hoofdmacht wil afdwingen. Of beter gezegd een van mijn concurrenten, want in het eerste elftal staan nog veel meer goede spitsen”, doelt de in het hoogste jeugdelftal spelende Nimmermeer op Joaquín Correa, Vedat Muriqi en Felipe Caicedo. “Allemaal sterke en ervaren jongens, maar toch voel ik dat ik steeds dichter bij het vereiste niveau kom.”
Nimmermeer speelde in de jeugd van Ajax en AZ, maar werd op zijn zestiende weggestuurd bij de Alkmaarders. Korte tijd later kreeg hij tot zijn eigen verrassing een stage aangeboden bij Lazio. In een testduel maakte hij meteen een hattrick en il baby talento kon voor drie jaar tekenen. “Inmiddels zit ik in mijn laatste jaar, dus komt er nu wel een spannende tijd aan. Ik kan in ieder geval zeggen dat ik hier veel volwassener ben geworden. Ik heb geleerd hoe ik mij als jonge jongen staande moet houden in het buitenland en dat heeft me stabieler gemaakt. Bij AZ moest ik destijds weg vanwege de grote concurrentie en mijn mentaliteitsproblemen, maar ik weet zeker dat ik met mijn mentaliteit van nu goed mee zou kunnen draaien bij AZ of in ieder geval bij Jong AZ.”
De spits heeft nog dagelijks contact met zijn leeftijdsgenoten bij de Alkmaarders en kan de komende weken bij hen op bezoek, want hij is tijdelijk in Nederland. Door de aangescherpte coronaregels is de Primavera stilgelegd en het eerste elftal zit vanwege een grootschalige uitbraak in quarantaine. “Ik kon dus tijdelijk niet in groepsverband trainen en mocht van de club even op familiebezoek. Dat is fijn natuurlijk, maar ik baal ook dat de competitie is stilgelegd. Er stonden wat wedstrijden tegen topploegen op het programma en dat zijn toch de duels waarin ik het moet laten zien”, weet de fysiek ijzersterke Nimmermeer. Hij geldt als kapstok van het elftal en heeft zich naar eigen zeggen de afgelopen jaren flink verbeterd in het combinatiespel.
“We spelen 4-4-2 en dan is het aan mij om de lange ballen vast te houden zodat de rest aan kan sluiten”, legt de jonge Nederlander uit. “Ik ben dus meer een teamspeler geworden, want in Nederland was ik gewoon alleen maar uit op het maken van goals. Nu speel ik in dienst van het elftal. Daardoor scoor ik wat minder, maar ben ik toch belangrijk voor de ploeg”, redeneert Nimmermeer, die op zoek is naar een middenweg. “Vorig seizoen cijferde ik mezelf teveel weg waardoor ik ondersneeuwde. Nu is het een combinatie van anderen in stelling brengen en zelf de diepte ingaan. Natuurlijk blijft het teamresultaat het belangrijkste, maar tegelijkertijd weet ik ook dat ik in mijn laatste jaar zit en mezelf moet onderscheiden.”
Voor Nimmermeer is het een nadeel dat hij vanwege zijn fysiek in zijn jongere jaren nooit heel veel moeite heeft hoeven doen op het veld. Bij Ajax en AZ was hij altijd de grootste en de sterkste speler. “Dat maakte het makkelijk voor me en zorgde misschien ook wel dat ik er te simpel over dacht”, klinkt het schuldbewust. “Hier in Italië wordt er in de jeugd al heel mannelijk gevoetbald en dan ben je opeens niet meer de grootste. Ik heb dus echt moeten leren hoe ik mijn lichaam goed gebruik in de duels en ben mentaal veel sterker geworden”, verzekert de spits, die inmiddels de bijnaam Tyron Man heeft gekregen van de stadionspeaker.” In Nederland was ik heel makkelijk uit mijn spel te halen, maar tegenwoordig slaag ik erin mezelf te blijven focussen op mijn taken in het veld. Die lessen gaan me in de rest van mijn carrière veel voordeel opleveren.”
Omdat hij inmiddels in zijn laatste contractjaar zit, houdt Nimmermeer zijn opties open. Het liefst verlengt hij zijn contract bij Lazio, maar vooralsnog heeft hij niets gehoord van de clubleiding. “Ik train wel geregeld mee met het eerste, dus ik weet in ieder geval dat ze nog steeds iets in mij zien. Ook vorm ik samen met Raúl Moro een spitsenduo in het hoogste jeugdelftal en hem hebben ze voor zes miljoen euro gekocht van Barcelona. Wat dat betreft doe ik het dus goed”, beargumenteert Nimmermeer, die reeds aanbiedingen kreeg uit Portugal en Engeland. “Als er geen voorstel van Lazio komt, ga ik daar naar kijken. Voorlopig richt ik mij enkel op de club en ik voel dat ik iedere dag beter word; van mijn wedstrijden in de Primavera en zeker ook van de trainingen met het eerste elftal.”
Nimmermeer treft daar met Wesley Hoedt en Djavan Anderson twee Nederlanders, maar zoekt het meeste toenadering tot de aanvallers. “Het is niet zo dat ik veel met Immobile praat, maar hij helpt me goed door het juiste voorbeeld te geven. Ik observeer hem en de rest met oefeningen en leer daar al ontzettend veel van. Alles gaat er zo professioneel aan toe”, verzekert Nimmermeer, die zich inmiddels in goed Italiaans kan mengen in de teamoverleggen. “In het begin sprak ik de taal totaal niet. Ik weet nog dat ik in mijn eerste jaar hier naar een soort middelbare school moest. Daar ging alles in het Italiaans en ik verstond er geen woord van”, grinnikt de nu negentienjarige aanvaller. “De club heeft me gelukkig goed geholpen met taallessen en inmiddels kan ik me goed uiten.”
De spits woont in een huis op het sportcomplex en deelt dat met drie teamgenoten. “Alles wordt vanuit Lazio geregeld, dus we hoeven niet te koken of iets. Wel is het heel fijn om met die gasten op te kunnen trekken, want verder zit je toch alleen zonder familie. Dat was vooral moeilijk toen ik vorig seizoen geblesseerd was en alle topduels tegen Juventus, Atalanta, Inter en dat soort ploegen moest missen”, memoreert Nimmermeer. “Toen heb ik mij wel heel eenzaam gevoeld, maar ook die tegenslag heb ik overwonnen. Inmiddels ben ik topfit en hoop ik na de hervatting van de competitie zo snel mogelijk weer in het ritme te komen. Misschien dat ik dan na de jaarwisseling een keer een kans krijg in het eerste. Dat zou een droom zijn die uitkomt.”
Nimmermeer mocht twee jaar geleden al eenmaal zijn opwachting maken in een destijds uitverkocht Stadio Olimpico. “In mijn eerste jaar werden we kampioen in de jeugd en promoveerden we naar de hoogste divisie. Als beloning mochten we in het hoofdstadion een ereronde maken na een wedstrijd van het eerste. Dat was een hoogtepunt voor mij”, aldus de Nederlander. “Dat gaf me nog meer motivatie om iedere dag het maximale te geven. Ik wil daar zo graag zelf spelen voor al die mensen. Ik werk er keihard voor, maar heb helaas wel te maken met zeer sterke concurrentie en in Italië is het voor de jeugd sowieso lastig om door te breken. Coaches leunen hier toch vooral op de ervaren jongens, die wij in Nederland misschien al wel versleten zouden noemen.”
Desondanks voelt Nimmermeer geen jaloezie als hij ziet hoe zijn leeftijdsgenoten bij AZ nu al wel een voor een doordringen tot de hoofdmacht. Zijn goede vriend Ryan Gravenberch heeft met Ajax zelfs al in de Champions League gespeeld en is opgeroepen voor het Nederlands elftal. “Daar heb ik hem natuurlijk mee gefeliciteerd. Ik ben superblij voor hem en ook voor de jongens van AZ. Ik ben trots dat zij er nu al staan en hoop zelf ooit op dat podium te mogen komen. De Champions League is ook voor mij een droom”, besluit Nimmermeer. “Ik krijg er kippenvel van als ik die hymne hoor. Ik heb geen idee hoe ik zou reageren als ik hoor dat ik daar mijn debuut mag maken. Dat zou echt heel gek zijn, maar het is mogelijk.”
Hij weet dat clubs jeugdspelers in het miljardenbal op de B-lijst mogen zetten en kan dus in theorie na de winterstop zijn Europese debuut maken, mocht Lazio de poule met Borussia Dortmund, Zenit Sint-Petersburg en Club Brugge overleven. “Mijn ploeggenoot Szymon Czyz mocht zich vanwege een aantal blessures tegen Brugge bij het eerste melden en mocht toen opeens invallen, dus het is mogelijk”, aldus de hoopvolle Nimmermeer. “Het zal niet gemakkelijk worden met zoveel goede concurrenten, maar het kan zeker. Ik heb daarom dus absoluut geen spijt van mijn overstap. In Nederland was een eerste elftal op dat moment heel ver weg en nu kan ik eraan ruiken. Ik ben op de juiste weg en hoop van harte dat ik die ene kans ga krijgen die ik nog nodig heb.”