Bayern viert kampioenschap; Robben scoort en krijgt publiekswissel

Bayern München is voor de 28e maal landskampioen van Duitsland. Der Rekordmeister won zaterdagmiddag na een achterstand bij FC Augsburg (1-4) en is met nog vijf wedstrijden voor de boeg niet meer te achterhalen door de concurrentie. Arjen Robben eiste een hoofdrol voor zichzelf op, door na een uur spelen het derde en beslissende doelpunt te maken. De 34-jarige Nederlander viert zijn zevende landstitel met Bayern sinds zijn komst in 2009 en heeft nu in totaal elf landskampioenschappen op zijn palmares prijken.

Bayern beleefde een valse start in Zuid-Duitsland. Augsburg schoot met Jeffrey Gouweleeuw in de basiself furieus uit de startblokken en nam na ruim een kwartier voetballen brutaal de leiding. Sven Ulreich redde na slordig balverlies van Jérôme Boateng nog wel op een schot van Sergio Córdova, maar doordat Niklas Süle het speeltuig in de rebound op ongelukkige wijze in zijn gezicht kreeg, moest de doelman alsnog vissen: 0-1.

De ploeg van Heynckes herstelde zich echter razendsnel. Corentin Tolisso kopte na een half uur de gelijkmaker tegen de touwen na een voorzet van Joshua Kimmich, waarna James Rodríguez zeven minuten voor rust vanaf een meter of zes ook nog de 1-2 op het scorebord bracht. Bayern wenste vervolgens onmiddellijk de beslissing in de wedstrijd aan te brengen. Het bezoek uit Beieren voerde de druk in het tweede bedrijf verder op en wist zeventien minuten na rust uiteindelijk de beslissing in de wedstrijd aan te brengen via Robben.

De Nederlander vond met een harde uithaal de verre hoek, nadat Rodríguez de bal met een uiterste krachtsinspanning nog had weten binnen te houden. Het betekende voor Robben zijn vijfde competitietreffer deze voetbaljaargang in de Bundesliga. Daarmee was zijn honger overigens nog niet gestild: Robben was even later uit een vrije trap dicht bij zijn tweede treffer van de middag, maar had de pech dat Marwin Hitz nog ternauwernood redding wist te brengen. Heynckes schonk Robben zeven minuten voor tijd nog een publiekswissel. Sandro Wagner kopte daarna nog de 1-4 binnen.

Borussia Mönchengladbach - Hertha BSC 2-1
Ex-Feyenoorder Salomon Kalou verscheen namens Hertha voor de 23e keer dit seizoen aan de aftrap in een competitiewedstrijd en de Ivoriaan was op slag van rust goud waard voor de hoofdstedelingen. Kalou kon van dichtbij eenvoudig de score openen, nadat aanvalscompagnon Valentino Lazaro in eerste instantie nog van de bal was gezet door Jannik Vestergaard. Naast Kalou kon ook Karim Rekik bij Hertha rekenen op een basisplaats. De voormalig PSV'er speelde een prima eerste helft, maar in het laatste kwartier ging het door toedoen van Thorgan Hazard toch nog fout voor Rekik en consorten. De Belg gleed eerst de gelijkmaker binnen en groeide daarna vanaf de strafschopstip uit tot tot matchwinner

SC Freiburg - VfL Wolfsburg 0-2
Wolfsburg kwam niet tot winst in zijn laatste acht wedstrijden in de Bundesliga, maar in Freiburg zat de kampioen van 2009 al na twee minuten op rozen dankzij Daniel Didavi. De middenvelder gaf doelman Alexander Schwolow vanaf een meter of twintig het nakijken met een geplaatst schot. Wolfsburg had het daarna lastig, maar wist zeven minuten voor tijd alsnog de beslissing in de wedstrijd aan te brengen. Didavi scoorde opnieuw, ditmaal na voorbereidend werk van Divock Origi. Nils Petersen miste in de blessuretijd nog een strafschop namens de thuisploeg.

FC Köln - FSV Mainz 1-1
FC Köln kwam snel op voorsprong in het eigen RheinEnergieStadion: de mee opgekomen international Jonas Hector kopte raak na een afgemeten voorzet van Leonardo Bittencourt. Mainz kwam vijf minuten na de pauze op gelijke hoogte: Giulio Donati slingerde een voorzet op het hoofd van Pablo de Blasis en via de paal viel de bal binnen. In het vervolg kregen beide partijen nog enkele kansen om te scoren: zo trof Robin Quaison via een tegenstander de paal, had René Adler een uitstekende redding in huis op een kopbal van oudgediende Claudio Pizarro en raakte Danny Latza de dwarsligger. Gescoord werd er evenwel niet meer. Mainz, waarbij Nigel de Jong op de bank bleef zitten, kreeg in de blessuretijd nog een rode kaart doordat Donati zijn tweede geel moest incasseren.