Bayern verpulvert FC Porto in krankzinnige eerste helft
Bayern München heeft dinsdagavond op waanzinnige wijze de laatste vier in de Champions League weten te bereiken. De Duitsers verloren vorige week de uitwedstrijd tegen FC Porto met 3-1 en manoeuvreerden zich daarmee in een lastige positie. Althans, zo léék het. In de return stond het bij rust al 5-0 in de Allianz Arena en kneep Bayern de Portugezen helemaal fijn. Na rust kwam FC Porto ‘terug’ met de aansluitingstreffer, maar de twee extra benodigde doelpunten bleven uit. Bayern sloot af met een laatste goal (6-1) en gaat dus naar de laatste vier.
In aanloop naar de return zei Thomas Müller luchtig dat Bayern zich niet zo’n zorgen maakte. “Ik weet bijna zeker dat het ons zal lukken. Thuis met 2-0 winnen van FC Porto is ook geen wonder, toch?”, zei hij ontspannen. Zijn woorden werden volledig bewaarheid in München. De spanning zat er flink op: in de tiende minuut raakte Robert Lewandowski de paal en greep Josep Guardiola van ontzetting naar het gezicht. Het zou echter allemaal goed komen in het kwartier dat volgde. Eerst opende Thiago Alcántara de score in minuut veertien, door stijlvol raak te koppen uit een voorzet vanaf links van Juan Bernat.
Bayern had zo meteen een goede start en barstte van het zelfvertrouwen. Het viel naar hartenlust aan en dwong FC Porto achteruit, hetgeen acht minuut later resulteerde in de 2-0 van Jérôme Boateng. De verdediger knikte de bal langs Fabiano in de rechterhoek, nadat Holger Badstuber hem met het hoofd bediend had. De supporters in München werden helemaal wild, inclusief Arjen Robben die op de tribune had plaatsgenomen. Bij FC Porto werd men volledig overrompeld en vijf minuten na de tweede Bayern-goal viel ook nummer drie alweer binnen: nu scoorde Lewandowski en wéér gebeurde dat koppend.
Aanvoerder Philipp Lahm gaf vanaf de rechterflank voor en Müller verlengde vanuit de lucht richting de Poolse spits, die met het hoofd de rechterhoek vond. Er gingen 26 passes aan vooraf: een record in dit Champions League-seizoen, zo berekende Opta. Nog voor rust liepen de Duitsers zelfs uit naar 4-0 via Müller (die via het been van Bruno Martins Indi doelman Fabiano verraste) en via Lewandowski, die niet werd aangepakt door Maicon en Ricardo en de lange hoek vond met zijn lage schot. De 4-0 van Müller was overigens zijn 27ste doelpunt in de Champions League, waarmee hij recordhouder Mario Gömez (26) definitief afloste.
Bayern München ging dus met een ongelooflijke tussenstand van 5-0 de kleedkamers in, al was dat geen record: Shakhtar maakte er vorig jaar immers al zes voor rust tegen BATE Borisov. FC Porto kwam terug voor de tweede helft, in de wetenschap dat het drie keer zou moeten scoren om de stand, over twee duels bezien, gelijk te trekken. Dat was veel te veel gevraagd voor de mannen van Julen Lopetegui, die voor rust al een wissel had doorgevoerd: Diego Reyes had achterin zijn plek afgestaan aan Ricardo. In de tweede helft vocht FC Porto een kansloze missie en kon Bayern rustig op zoek gaan naar meer goals.
De thuisclub had de voet wel wat van het gaspedaal gehaald. Mario Götze, die nog niet had meegedeeld in het doelpuntenfestijn, schoot wel vroeg naast. Daarna joeg Xabi Alonso een vrije schop over en werkte Maicon bijna pardoes de bal in eigen doel. Terwijl trainer Guardiola aan de zijkant uit zijn broek was gescheurd, keek hij toe hoe op het veld een spanningsloos duel werd uitgespeeld. FC Porto was in alle opzichten machteloos en bleek geen moment in staat ook maar het heft in handen te nemen.
De dominantie die het vorige week tentoonspreidde, toen Ricardo Quaresma twee keer scoorde en Jackson Martínez nog een derde maakte voor os Dragões, bleef helemaal achterwege. Zelfs een kans creëren zat er zeventig minuten lang niet in. Toch was vervolgens de eerste de beste kans raak. Jackson kopte van dichtbij de bal langs Manuel Neuer, die tot dat moment dus helemaal niets te doen had gehad. Met nog twee goals zou de stand over twee duels 6-6 worden en dus zette FC Porto aan. Jackson kreeg een dot van een kans om het echt heel spannend te maken, maar liet die liggen. Nadat Iván Marcano vervolgens zijn tweede geel kreeg en Alonso uit een vrije trap de 6-1 liet aantekenen, was de lijdensweg van FC Porto ten einde.