voetbalzone

Barcelona zet transferclausule op 500 miljoen: ‘Ik blijf niet voor het geld’

Robin Bruggeman04 jun 2018, 12:45
Laatst bijgewerkt: 04 jun 2018, 12:45
Advertentie

Samuel Umtiti werd de afgelopen maanden in verband gebracht met een vertrek bij Barcelona, waarbij vooral de grote clubs uit de Premier League geïnteresseerd zouden zijn in de 24-jarige Fransman. Zondag maakte hij echter een einde aan alle speculatie door aan te kondigen een nieuw contract te ondertekenen en maandag zette hij zijn krabbel onder een tot 2023 doorlopende verbintenis, waardoor zijn transferclausule wordt verhoogd van zestig miljoen euro tot vijfhonderd miljoen.

“Ik ben erg blij en trots dat ik mag verlengen bij Barça, ik was een beetje nerveus aangezien dit een droom is die nog steeds voortduurt. Vanaf de eerste dag voel ik me hier op mijn plek en ik kon Barça niet verlaten, aangezien dit mijn thuis is geworden. Er is over veel dingen gesproken, maar het belangrijkste is dat ik hier blijf, samen met de beste spelers bij de beste club ter wereld”, vertelde hij op een persconferentie.

Umtiti gaf aan nerveuzer te zijn dan toen hij in eerste instantie de overstap maakte naar het Camp Nou: “Omdat ik nu weet dat ik erg veel geluk heb dat ik voor Barcelona mag spelen. Toen ik hier kwam zat ik mijn eigen kleine Olympique Lyon-wereldje en had ik nog niet door dat ik met de beste spelers ter wereld zou gaan spelen. Nu ik deze bijzondere momenten heb meegemaakt met mijn ploeggenoten en de fans, ben ik erg blij.”

“Ik blijf hier niet voor het geld, het is niet dat ik er niets om geef, maar de cijfers vormen geen probleem. Ik ben hier om prijzen te winnen, net als Andrés Iniesta heeft gedaan. Hij heeft alles gewonnen, hij is een voorbeeld en ik wil hetzelfde bereiken. Ik weet zeker dat we een spectaculair team zullen houden, we hebben goede spelers aangetrokken en zullen volgend seizoen meestrijden om alle prijzen. De Champions League is wat mij betreft de beste competitie en die moeten we winnen, ik denk dat we daar volgend seizoen veel harder aan zullen werken.”