voetbalzone

Arouna Koné voelde pijnlijke nasleep na afgeketste Ajax-transfer

Mart Oude Nijeweeme14 mrt 2021, 13:50
Laatst bijgewerkt: 14 mrt 2021, 13:50
Advertentie

Arouna Koné heeft het moeilijk gehad in de nasleep van zijn afgeketste transfer naar Ajax, zo heeft hij verteld in een uitgebreid interview met Voetbal International. De aanvaller stond in 2004 op het punt om de overstap te maken van Roda JC Kerkrade naar de huidige koploper van de Eredivisie, maar zag die transfer op het laatste moment niet doorgaan. Als reden werd een afwijking aan het hart genoemd, al bleek later dat er niets aan de hand was met zijn hart.

Koné, die momenteel onder contract staat bij het Turkse Sivasspor, kreeg in zijn eerste jaar op de Nederlandse velden direct alle ogen op zich gericht, toen hij in het seizoen 2003/04 indruk maakte in de punt van de aanval bij Roda JC. “Voetballend ging het meteen lekker, maar buiten het veld vond ik moeilijk mijn draai”, blikt de Ivoriaan terug. “Ik zat alleen maar in mijn hotel te wachten op de volgende training. Alles werd beter toen ik fancoördinator Freek Cox ontmoette. Ik had vooral moeite met de taal en op een dag stapte Freek voor het eerst mijn hotel binnen. Hij begon in vloeiend Frans tegen me te praten. Dat was zo fijn: het voelde alsof ik God ontmoette.”

Na een sterk seizoen in Kerkrade, toonde Ajax interesse. De Amsterdamse club had in augustus 2004 tien miljoen euro over voor de aanvalsleider van Roda, maar krabbelde terug toen uit de medische tests naar voren kwam dat het hart van Koné groter bleek dan gebruikelijk. “Eenmaal in het ziekenhuis voor de medische keuring zei de dokter ineens: ‘Je hart is veel groter dan normaal. Iets klopt hier niet.’ Ajax durfde het niet aan om een week voor de sluiting van de transfermarkt zoveel geld voor me te betalen.” En dus ging de transfer naar Ajax niet door, wat bij Koné tot een moeilijke fase leidde.

“Iedere dag dat ik thuiskwam uit het ziekenhuis begon ik keihard te janken”, aldus Koné. “Ik was alleen en vroeg me op dat moment af of ik ooit nog zou mogen voetballen. Uiteindelijk bleek dat ik een groot sportershart heb en dat er niets aan de hand was. De rest van mijn carrière heb ik bij geen enkele medische keuring nog problemen gehad.” Na tweeënhalf jaar bij Roda transfereerde Koné alsnog naar een Nederlandse topclub, toen PSV de spits overnam. Een periode waar Koné wél met genoegen aan terugdenkt. “Bij PSV voelde ik me al snel thuis, omdat er vanuit de club veel respect was voor mijn geloof. De club liet in het stadion een kapelletje bouwen, zodat ik voor de wedstrijd kon bidden. Het zou een van de beste periodes uit mijn carrière worden.”