‘Als we altijd zo spelen stonden we in de buurt van City, wellicht bovenaan’
Manchester City leek zaterdagmiddag met een 2-0 voorsprong in de wedstrijd tegen buurman Manchester United op weg naar de landstitel, maar the Red Devils gooiden in de tweede helft roet in het eten. Paul Pogba poetste de achterstand met twee snelle goals weg, waarna Chris Smalling voor de 2-0 zorgde. Josep Guardiola liep na afloop van de wedstrijd op Pogba af waarna de twee een paar woorden wisselden.
De trainer van the Citizens baarde vrijdag nog opzien door te stellen dat zaakwaarnemer Mino Raiola Pogba en Henrikh Mkhitaryan in januari aan had geboden bij de blauwe club uit Manchester, maar Guardiola verzekert dat dit geen onderwerp van gesprek was tussen hem en de Fransman: “Ik heb hem gefeliciteerd met het resultaat”, deed Pep de woordenwisseling tegenover een aantal verslaggevers af.
Voor Pogba kwamen de twee doelpunten tegen City op een goed moment, aangezien de middenvelder de laatste maanden flink wat kritiek te verwerken kreeg: “Ik wilde niet verliezen van City, ik denk nog vaak terug aan de nederlaag van vorig seizoen. Als ze hadden gewonnen waren zij kampioen geweest, voor de fans zou dat bijna hetzelfde zijn als sterven.”
“Om te verliezen van City en hen feest te zien vieren, dat kon ik niet laten gebeuren. In de rust zeiden we tegen elkaar dat we met een 2-0 achterstand niets meer te verliezen hadden. Nu we zo’n tweede helft hebben gespeeld, moeten we dat altijd doen. Als dat zou lukken zouden we in de buurt staan van City, misschien zelfs wel bovenaan”, vertelde hij in gesprek met Sky Sports.