voetbalzone

‘Als Nederland eerst belt, graag, dat zou een enorme eer zijn’

Robin Bruggeman10 okt 2018, 13:42
Laatst bijgewerkt: 10 okt 2018, 13:42
Advertentie

Nasser El Khayati is bezig aan een geweldige seizoensstart en de aanvaller van ADO Den Haag was in de eerste acht wedstrijden van het nieuwe Eredivisie-seizoen goed voor maar liefst zeven doelpunten en drie assists. Tot een uitnodiging voor de nationale ploeg van Marokko hebben deze uitstekende cijfers echter nog niet geleid, moet de 29-jarige El Khayati tot zijn spijt constateren.

“Vorige week werd de selectie bekend, ik zat er weer niet tussen. Weer niet. Terwijl ik toch niet veel meer kan laten zien dan dit, ik ben een van de topscorers van de Eredivisie!”, vertelt hij in gesprek met Voetbal International. El Khayati, die van Mark Wotte, de bondscoach van Jong Marokko, te horen heeft gekregen dat hij wel degelijk in de gaten wordt gehouden, moet echter toegeven dat de concurrentie op zijn positie moordend is bij de Leeuwen van de Atlas.

“Dan heb je het over Younès Belhanda, die Champions League speelt met Galatasaray, Hakim Ziyech die het geweldig doet bij Ajax en Mbark Boussoufa die terecht heel veel krediet heeft. De bondscoach moet dus keuzes maken en daarbij mensen teleurstellen”, vervolgt hij zijn verhaal. De in Rotterdam geboren El Khayati komt ook in aanmerking voor het Nederlands elftal en sluit niet uit dat hij in de toekomst op een uitnodiging van Oranje in zou gaan: “Kijk, ik heb het afgelopen jaar altijd gezegd dat ik graag voor Marokko wilde uitkomen, daar ligt mijn eerste keuze.”

“Maar als Nederland mij eerder belt, graag. Dat zou voor mij ook een enorme eer zijn. Ik wil gewoon graag een interlandcarrière. Als ik daarin een keuze moet maken, dan kies ik simpelweg voor het land dat mij als eerste belt”, legt hij uit. De technicus stipt aan dat Ziyech en Ibrahim Afellay in het verleden dezelfde afweging hebben gemaakt: “Had de KNVB eerder naar Ziyech gebeld, dan had hij nu wellicht voor Oranje gespeeld. Had de Marokkaanse bond eerder naar Afellay gebeld, had hij wellicht voor Marokko gespeeld. Zo sta ik er ook in.”