voetbalzone

'Als Mark van Bommel me om drie uur 's nachts belt, ga ik direct aan de slag'

Thijs21 aug 2021, 10:20
Laatst bijgewerkt: 21 aug 2021, 10:20
Advertentie

Mark van Bommel is als trainer van VfL Wolfsburg een veelbesproken man in Duitsland, maar inmiddels hebben de media ook zijn assistent Vincent Heilmann in het vizier gekregen. De pas 24-jarige Tilburger is de jongste assistent-trainer in de Bundesliga en praat in een openhartig interview met Voetbalzone over zijn rol binnen het team, zijn ambities en zijn grote toekomstdroom. “Ik weet zeker dat ik ooit als trainer terug kom bij PSV.”

Door Thijs Verhaar

“Of het een achtbaan is geweest de afgelopen twee maanden? Dat kun je wel zeggen, ja”, grinnikt Heilmann vrolijk. Hij werd eind mei door Mark van Bommel gebeld of hij het zag zitten om als zijn assistent mee te gaan naar Wolfsburg, besloot zijn rol als trainer bij PSV Onder-17 op te geven, verhuisde naar Duitsland, kwam daar bij een van de meest ambitieuze clubs van het land terecht, moest zich als piepjonge trainer bewijzen tegenover Champions League-voetballers, beleefde een roerige voorbereiding en krijgt nu ook nog eens talloze interviewverzoeken omdat zijn opmerkelijke loopbaan tot nu toe zo veel gelijkenissen vertoont met de Duitse toptrainer Julian Nagelsmann. “Het is dus heel veel allemaal, maar het is wel echt een droom die uitkomt. Als jonge jongen wilde ik dolgraag voetballen in de Champions League. Dat bleek door omstandigheden niet mogelijk, maar ik krijg nu een nieuwe kans als leidinggevende. Daar ga ik voor meer dan honderd procent voor.”

Met het woord omstandigheden verwijst Heilmann naar de zwaar beschadigde kruisband in zijn rechterknie. Die scheurde hij niet een, niet twee, maar wel drie keer. Weg droom om als geslepen spits het profvoetbal te halen. “Het ging voor het eerst mis in de Onder-16. Toen een jaar later weer in de Onder-17 en vervolgens nog eens in de Onder-19. Heel uitzonderlijk om het drie keer mee te maken”, klinkt het opvallend nuchter, bijna alsof hij het over iemand anders heeft. “Toen wist ik wel dat het klaar was voor mij. Net op het moment dat ik vol voor het voetbal had gekozen. Ik liet er al jaren alles voor. Geen feestjes, geen vakanties. Niets. Alles stond in het teken van het voetbal. Ik was net klaar met school toen die knie kwam en ik had ik plots geen idee meer wat ik moest gaan doen met mijn leven”, blikt Heilmann terug op die zware tijd. “Mijn droom was uiteengevallen en toen heeft PSV me bij de hand genomen. Ze konden de stekker eruit trekken na de eerste, de tweede of de derde kruisbandblessure, maar dat hebben ze nooit gedaan.”

voetbalzone

Heilmann kreeg het aanbod om te kijken of hij brood zag in een carrière als jeugdtrainer. Sowieso blonk hij altijd al uit in zijn relativeringsvermogen en (voetbal)-intelligentie, dus de clubleiding van PSV zag in dat hij met zijn drive om overal het maximale uit te halen ook met een kapotte knie nog van grote waarde kon zijn voor de club. “Edwin de Wijs heeft mij toen op sleeptouw genomen en daar wil ik hem nu graag voor in het zonnetje zetten. Hij maakte mij zijn assistent bij de Onder-15 en daar is alles begonnen. Mentaal gezien heb ik de blessures toen achter me gelaten en de knop omgezet. In het dagelijks leven dan, want in mijn hoofd ben ik wel nog steeds voetballer”, peinst de 24-jarige, die zijn verhaal exemplarisch noemt voor de aanpak van PSV. “De club is heel warm, ondersteunt je in alles, maar je moet het wel zelf doen. Ik vond het megalastig om het hoofdstuk profvoetbal af te sluiten, maar moest toch door terwijl bijna alle jongens uit mijn lichting wel hun droom waar konden maken. Arnaut Danjuma, Sam Lammers, Steven Bergwijn, Kenneth Paal, Yanick van Osch, Dirk Abels… Noem ze allemaal maar op.”

Had jij het profvoetbal ook kunnen halen zonder die blessures?
“Dat gevoel had ik toen zeker, maar het mocht simpelweg niet zo zijn. Gelukkig is mijn knie goed gerevalideerd en kan ik een beetje hardlopen of padellen, maar kort draaien en keren zit er niet meer in. Ik dank PSV uit de grond van mijn hart dat ze mij een andere weg naar de top hebben geboden.”

Zorgt het dan niet voor enige frustratie dat de rest het wel als voetballer heeft gehaald en jij door pure pech niet?
“Nee, totaal niet. Het zijn allemaal goede vrienden van me en ik gun ze stuk voor stuk het beste. Ik heb nooit enige jaloezie gevoeld. Toevallig zijn we op mijn laatste dag in Nederland met z’n allen gaan eten. Heel de lichting van ’97 weer bijeen. We hebben veel contact met elkaar en vinden elkaar altijd terug. Het was moeilijk dat ik de droom niet kon najagen, maar ik heb een nieuw doel gevonden waar ze mij ook allemaal in steunen.”

Daarover gesproken: hoe komt het eigenlijk dat Mark van Bommel zo’n fan van je is dat hij je het vertrouwen geeft voor een klus die misschien wel allesbepalend is voor zijn loopbaan als trainer?
“Dat is een lang verhaal. We kennen elkaar al jaren en hebben een heel goede klik met elkaar. We denken op eenzelfde manier over voetbal en zeiden jaren geleden als grapje tegen elkaar dat we hoe dan ook ooit ergens zouden samenwerken. En dat is nu gelukt. Bij een fantastische club ook nog, in de Bundesliga en de Champions League.”

voetbalzone

Ingaand op hun onderlinge band gaat Heilmann terug naar zijn eigen spelerscarrière, die als zeventienjarige op zijn eind liep. “Toen keek Mark bij de Onder-17 af en toe met onze coach mee om te zien of het trainersvak iets voor hem zou zijn.” Hetzelfde deed Heilmann korte tijd na zijn afscheid als speler bij de Onder-11, waar hij voor het eerst de leiding kreeg bij een jeugdteam van PSV. “Toevallig speelde de zoon van Mark in dat team, dus de lijntjes tussen ons bleven kort. We kwamen veelvuldig in contact met elkaar en dan raak je aan de praat. Eerst over persoonlijke dingen en later ook af en toe over voetbal. Ondertussen werd Mark hoofdtrainer van de Onder-19 toen ik de Onder-10 onder mijn hoede had. Wij trainden altijd vroeger in de middag, waardoor ik daarna tijd had om bij hem te gaan kijken. Omdat hij dat waardeerde, nodigde hij me op een dag een keer uit om een dagje mee te lopen. Dat hoef je mij geen twee keer te zeggen, haha. Ik stond dus binnen de kortste keren dagelijks met hem op het veld.”

In eerste instantie deed Heilmann dat volledig vrijwillig en was er geen functietitel aan verbonden. Hij keek naar besprekingen, zette pylonnetjes weg en gaf zijn ogen als beginnend trainer goed de kost. “Maar van het een kwam het ander en toen hij me op een dag vroeg om mee te gaan als assistent, is er echt een klik ontstaan. Ik zou de vaste assistent van Mark worden bij de Onder-19, maar toen werd hij gevraagd voor het eerste elftal en ik had niet de juiste papieren om eventueel mee te gaan.” Heilmann ontwikkelde zichzelf achter de schermen echter gestaag door in de jeugdopleiding, waar hij goede reputatie voor zichzelf opbouwde. Naar eigen zeggen handelde hij niet altijd volledig zoals de handleiding van de club hem voorschreef, maar wel altijd met het doel om spelers zo goed mogelijk te ontwikkelen. “Ik kreeg van PSV de kans om in hogere leeftijdscategorieën te gaan trainen en volgde daarnaast alle trainingen bij het eerste, terwijl ik ook bleef werken aan mijn coachingdiploma’s. Het laatste haalde ik nadat Mark in zijn tweede jaar bij PSV werd ontslagen.”

Was je anders serieus in beeld gekomen als assistent bij het eerste van PSV?
“Dat weet ik echt niet. Ik heb het Mark ook nooit gevraagd. Toen was ik nog een paar jaar jonger dan nu natuurlijk, dus dat maakt het lastig om te zeggen. Ik weet echter wel dat hij ooit als geintje had gezegd dat 'ie me mee zou nemen en voor hem is een woord een woord, dus misschien had hij het toen ook al aangedurfd met me.”

Je zag nu dus ergens wel aankomen dat hij je zou vragen voor zijn volgende klus?
“Ja en nee. In de voetbalwereld weet je nooit hoe dingen lopen. Het is de meest onzekere wereld die er is. Natuurlijk had Mark het ooit tegen me gezegd en onze onderlinge relatie is erg goed, maar het moet maar net passen allemaal. Ik rekende er dus op dat ik nog gewoon trainer van PSV te zijn, maar in mijn achterhoofd heb ik altijd gehouden dat Mark me ooit zou kunnen vragen.

Hij bood je een mooie kans aan, maar vroeg je ook om PSV - de club die jou heel veel gegeven heeft - te verlaten. Heb je lang moeten twijfelen?
“Natuurlijk was het lastig. PSV is een superclub voor mij. Ze hebben me alle kansen gegeven en ik kan oprecht zeggen dat ik met iedereen goed ben daar. Van materiaalman tot spelers en van bestuur tot trainers. Iedereen. Dat maakt het heel moeilijk om af te zwaaien, maar er kwam ook iets heel moois voor terug. Die kans heb ik dus aangegrepen, maar ik weet zeker dat ik ooit als trainer van PSV terugkom. Geen idee wanneer, maar er komt een moment waarop we weer gaan samenwerken.”

voetbalzone

Voorlopig stort Heilmann zich echter met volle overgave op zijn avontuur in de Volkswagen-Arena, waar men zich afgelopen seizoen plaatste voor de Champions League en nu wederom hoge doelen nastreeft. De voorbereiding verliep echter ronduit matig, waardoor er vanuit Nederland meteen druk op kwam te staan. Speelt dat volgens de 24-jarige assistent ook in Duitsland of is het meer een Nederlands item omdat Van Bommel onder een vergrootglas ligt? “Ik denk dat het een combinatie van beide is. Het is duidelijk dat voetbal om de punten draait en dat de kritiek daarom deels terecht is, maar we moeten wel duidelijk onderscheid maken tussen voorbereiding en wedstrijden om het echie”, doceert hij. “Veel jongens zijn later aangesloten en eigenlijk spelen we pas een paar weken met z’n allen. Ik kan gelukkig wel zeggen dat we progressie maken met de ideeën die we over willen brengen, maar uiteindelijk gaat het om de punten en die moeten we gewoon binnen halen.”

Heilmann deed die uitspraak kort voor de eerste ronde van de DFB Pokal, waarin Wolfsburg na verlenging met 1-3 van Preussen Münster won. Daarmee werd een blamage ternauwernood afgewend, maar omdat de ploeg een onreglementaire zesde wissel deed, is men een week later toch uit het toernooi gezet. De club verweert zich met de mededeling dat de technische staf vooraf om goedkeuring bij de vierde official vroeg en ook kreeg. Een uitspraak in hoger beroep laat nog op zich wachten, dus kan Wolfsburg voorlopig alleen maar focussen op de orde van de dag. Men is goed begonnen aan de competitie, want Bochum werd dankzij een goal van Wout Weghorst met 1-0 over de knie gelegd. Dat is geen verrassing voor Heilmann. Volgens hem beschikt de ploeg over voldoende kwaliteit om de prestaties van vorig seizoen te evenaren of zelfs te overtreffen. “Het valt me ook op dat de ploeg heel hecht is. Ik zie elke dag honderd procent inzet en de faciliteiten zijn fantastisch. Van yoga-instructeurs tot koks; van dataspecialisten tot fysio’s en van spelers tot directeuren die er elke dag zijn. Daar wil je gewoon alles voor geven.”

Heilmann staat dus elke dag met een tevreden glimlach op het trainingsveld, waar hij geldt als belangrijk verlengstuk van Van Bommel voor met name de jonge spelers. Het helpt hem ook dat hij als zoon van een Duitse vader vloeiend Duits spreekt en met de Duitse cultuur is opgevoed in Tilburg. “Ik weet niet of Mark me ook daarom heeft gevraagd voor deze klus, maar het helpt natuurlijk wel. Het is heel prettig dat ik net als hij in hun eigen taal met de spelers kan communiceren. Dat is de belangrijkste factor in het topvoetbal. Wie vertel je als coach wat op welke manier? Wanneer moet je iemand toespreken en wanneer laat je hem juist beter even met rust? Ik hoef een topspeler als Lukas Nmecha echt niet te vertellen hoe hij een bal in de winkelhaak schiet. Dat weet 'ie zelf wel. Het gaat erom dat ik achterhaal waar hij behoefte aan heeft; wat hij nodig heeft om verder te komen als individu en als lid van het team”, legt Heilmann uit. “De ene speler heeft nodig dat ik dagelijks vraag hoe het met zijn gezin gaat, een ander wil elke dag een half uur beelden kijken en weer een ander wil graag af en toe iets extra’s individueel trainen. Uitvinden wat iemand precies nodig heeft, vind ik het leukste om te doen. Maar het is tegelijkertijd ook het lastigste omdat ik met mijn leeftijd midden in de groep sta.”

voetbalzone

Dit is de eerste keer dat je niet ouder bent dan de mensen die je traint. Maakt dat het ingewikkelder?
“Het is een spanningsveld om daar goed mee om te gaan. Helaas bestaat er geen lesboek waarin staat hoe alles moet en elke dag is bovendien anders. We hebben 34 spelers en iedereen moet je anders behandelen. Heel eerlijk: ik ga daarbij ook heus wel eens de fout in. Je moet het leren aanvoelen en vooral niet proberen om de wijsneus uit te hangen. Dat werkt hier absoluut niet.”

Zijn er op dat vlak grote verschillen tussen Duitsland en Nederland?
“Je hebt hier wel te maken met Duitse hiërarchie. Ook al ben je jonger, je krijgt toch het respect vanwege de rol die je bekleedt. Misschien zullen ze diep van binnen wel denken: wie is dat broekie? Maar je krijgt in ieder geval een kans om jezelf te bewijzen.”

Hoe pak je dat aan?
“Ten eerste door mezelf te zijn en open te communiceren. Zij moeten inzien dat ik hen verder kan helpen. Dat ze op mij kunnen bouwen. Het gaat niet meer om mijn carrière, maar om die van de spelers. Ik moet zorgen dat zij de club – en daarmee zichzelf – zo goed mogelijk helpen. Als ik hen daarvan weet te overtuigen, maakt mijn leeftijd niet meer uit."

Kun je na twee maanden zeggen dat je in die missie slaagt?
“Voor mijn gevoel gaat dat heel aardig. Ik ben zelf ook voetballer geweest en weet dus een beetje hoe spelers denken. Inmiddels weten ze wel wat ze aan me hebben en dat is goed. Ik vind dat we op de goede weg zijn met elkaar.”

Van Bommel heeft naast Heilmann ook nog beschikking over Kevin Hofland en Michael Frontzeck als adjudanten. Laatstgenoemde is een 57-jarige Duitser met een schat aan ervaring als trainer van clubs als Hannover 96, FC St. Pauli, Borussia Mönchengladbach en meest recentelijk 1.FC Kaiserslautern. “Hij kent de competitie op zijn duimpje, Mark en Kevin hebben op hun beurt als speler ook megaveel ervaring en maakten in hun korte trainersloopbaan ook al het nodige mee”, somt Heilmann de kwaliteiten van zijn collega’s op. En ja, zelf heeft hij ook wel wat bijzonders meegemaakt waar hij de spelers over kan vertellen. “Op het mentale aspect kan ik dus zeker een bijdrage leveren”, meent de 24-jarige. Hij spreekt van een goede mix. “Zij hebben de reputatie en de ervaring, ik ben vooral goed met jongere spelers. Daar staat deze club ook om bekend, om de jonge talenten. En dan kan iedereen zeggen: 'De jeugd van nu is niet anders dan twintig of dertig jaar geleden'. Maar dat zijn ze wel. Vooral qua communicatie. Dat doen ze het liefst via de telefoon en de jeugd denkt overal over na. Als je een acht tegen acht wedstrijdje doet, kan een speler de hele dag nadenken waarom hij in dit en niet in dat team zit. Dat soort dingen moet je niet te lang laten sudderen en die signalen van twijfel herken ik heel snel bij mensen.”

voetbalzone

De jongste assistent-trainer van de Bundesliga onderscheidt zich dus vooral in people management en wordt in Duitsland door bijvoorbeeld Bild vergeleken met Julian Nagelsmann. Hij werd ook als begintwintiger al jeugdtrainer, promoveerde op zijn 25e tot assistent-trainer van Hoffenheim en groeide daar als 28-jarige uit tot jongste hoofdtrainer ooit in de Bundesliga. “Die vergelijking hoor ik hier inderdaad vaak en hij is zeker een inspiratiebron voor mij”, beaamt Heilmann. “Onze achtergrond is vergelijkbaar, al ken ik hem niet persoonlijk en weet ik dus niet wat zijn ambities waren op jonge leeftijd.” Over zijn eigen ambitie is hij echter stellig. Hij wil in de toekomst graag ergens hoofdtrainer worden, maar laat in het midden wanneer hij zich klaar acht voor die stap. “Het is niet zo dat ik zeg dat ik volgend jaar bijvoorbeeld trainer van Willem II of iets moet zijn. Nee. Ik ben nu de assistent van Mark en doe er alles aan om hem goed te ondersteunen. Dat is mijn taak. Hij heeft me altijd gesteund en ik leer elke dag dingen van hem die ik later kan gebruiken voor mijn eigen carrière. Ik ben erop gebrand om te laten zien dat ik hier niet voor niets als jongste assistent van de hele Bundesliga ben aangesteld. Dat vind ik een eer en dat wil ik telkens waarmaken.”

Dat is zeker een eer, maar ik kan me voorstellen dat het ook voor druk zorgt.
“Het is heel raar, maar zelf voel ik dat helemaal niet zo. Mijn vrienden vragen me ook vaak of ik het niet spannend vind om met zulke grote spelers te werken, maar ik heb die druk niet op de een of andere manier. Ik krijg er eerder gezonde energie van om zulke spelers te mogen ondersteunen.”

Wie zie je eigenlijk als je grote voorbeelden als trainers?
“Dan denk ik aan mannen als Diego Simeone, José Mourinho en ook zeker aan Mark. Hij is absoluut een voorbeeld voor mij met hoe bezeten hij van het spel is en van iedereen het maximale eist.”

Sowieso hebben al jouw voorbeelden dat met elkaar gemeen. Toeval?
“Ik denk dat ik zelf ook wel zo ben. Ik ben enorm intrinsiek gemotiveerd en erg ambitieus, maar daarnaast ook vooral betrouwbaar en eerlijk. Ik wil aan het einde van de dag in de spiegel kijken en kunnen zeggen dat ik alles heb gedaan om mezelf en anderen beter te maken.”

Alleen is het voor Heilmann lastig te bepalen wanneer zijn dag ten einde is. Grinnikend legt hij uit dat zijn werk in principe dag en nacht doorgaat. “Ik moet altijd beschikbaar zijn voor spelers, club en trainers. Als Mark mij om drie uur ’s nachts belt dat de training van de volgende ochtend toch net even iets anders moet, ga ik er direct mee aan de slag. Die momenten komen voor, absoluut. Of dat niet enorm uitputtend is? Voor mij niet”, lacht Heilmann, die snapt dat mensen met een reguliere baan er niet aan moeten denken dat ze ’s nachts wakker worden gebeld door hun baas. “Maar voor ons is het normaal. Met het hele technische team spreken we elk detail van tevoren door en schaven er net zo lang aan tot het in onze ogen optimaal is. Alles moet perfect en ik krijg er juist energie van om dat na te streven. Dat houdt me op de been om het vol te kunnen houden. Met de club streven we hoge doelen na en dan moet je er ook alles voor over hebben om het waar te maken.”

Een van die doelen is de groepsfase overleven in de Champions League. Wolfsburg is in pot vier ingedeeld en moet vrezen voor een heel zware loting, maar Heilmann is van mening dat de club menig team kan verrassen. “Ook PSV, ja”, antwoordt hij desgevraagd. Hij zou het prachtig vinden om tegen zijn oude club uit te mogen komen in het miljardenbal. “Dat zou betekenen dat PSV het tweeluik met Benfica overleeft (na een 2-1 nederlaag in Portugal, red.) en ook de groepsfase doorkomt. Zij komen bij plaatsing ook in pot 4 terecht, waardoor we elkaar niet direct kunnen loten”, heeft hij al uitgezocht. “Als het dan een of meerdere rondes later wel zo uitkomt, zou het een heel mooi moment zijn voor mij. Ook al moet ik er dan alles aan doen om PSV uit te schakelen. Het is wel gewoon topsport. Mark, Kevin en ik kennen de club natuurlijk door en door, dus hebben we hopelijk een streepje voor als het zover komt.”