‘Als Feyenoord mij terugvraagt, zou ik daar zeker naartoe gaan’
Een blik op de weersvoorspellingen voor Stellenbosch leert dat de temperaturen in het stadje in het Kaapse Wynland in deze tijd kunnen oplopen tot boven de dertig graden. Voor Boy de Jong is er deze week echter geen Zuid-Afrikaanse zon, maar Nederlandse lentefrisheid. De 25-jarige doelman liet vanwege de uitbraak van het coronavirus vorige week zijn contract bij het plaatselijke Stellenbosch FC ontbinden en keerde op het laatste moment terug naar Nederland: “Het is weer even wennen, qua temperatuur vooral. Maar het voelt wel goed om weer lekker thuis te zijn moet ik zeggen”, glimlacht hij in gesprek met Voetbalzone.
Door Robin Bruggeman
De Jong was bezig aan zijn eerste seizoen bij promovendus Stellenbosch, nadat hij de twee jaar ervoor als reservekeeper had gefungeerd bij de Belgische grootmacht Anderlecht. “Ik heb gewoon een goed seizoen gedraaid en ik heb een aantal wedstrijden gespeeld, wat ik heel graag wilde. Buiten dat heb ik ook een supermooie ervaring gehad in Zuid-Afrika, we hebben supermooie dingen gezien, zijn op supermooie plekken geweest. Van het avontuur hebben we dus sowieso geen spijt. Ik zou daar zeker ook weer terugkeren, dat is geen probleem. Alles was er gewoon prima en goed geregeld. In dat opzicht hadden we niks te klagen, maar het virus gooit roet in het eten”, blikt hij terug op zijn periode in Zuid-Afrika. De Jong lag in eerste instantie nog tot juni vast bij Stellenbosch, met een optie in zijn contract om de samenwerking met nog een seizoen te verlengen. Na een gesprek met de clubleiding werd echter de conclusie getrokken dat het beter was om uit elkaar te gaan. “Gezien de financiële situatie, omdat het voetbal daar ook helemaal stilligt, zie je dat daar hetzelfde gebeurt als in Europa. Ze zeggen alle contracten formeel op en daarna kijken ze verder.”
“Ik heb gewoon netjes gevraagd ‘weten jullie al of jullie gaan verlengen, ja of nee?’ Ze zeiden toen tegen mij: ‘Dat kunnen we nu niet zeggen, we moeten alle contracten formeel opzeggen en dan zien we later wel verder.’ Dus ook omdat dat ze nog niet wisten of ze dat extra jaar erbij konden plakken, hebben wij gezegd dat we terug wilden.” Zo kon het dat De Jong en zijn gezin vorige week donderdag halsoverkop richting het vliegveld moesten voordat het hele land in een lockdown ging: “Het was best wel bizar, want we kregen in de weken ervoor al bericht dat onze vlucht van 14 mei sowieso was gecanceld. Daarna hebben we eigenlijk gewoon blind omgeboekt, met de gedachte van ‘we kijken wel wat er gebeurt’. Onze vlucht zou officieel gaan om half 1 vrijdagochtend, in de nacht van donderdag op vrijdag. Toen kregen we vlak voor vertrek een mailtje dat die vlucht was gecanceld, we schrokken ons helemaal dood. Het verhaal was echter dat ze hem naar voren hadden gehaald, om half 11 op de donderdagavond, want vanaf 12 uur zou heel Zuid-Afrika in een lockdown gaan en daarna mochten er geen vluchten meer in of uit. Het was letterlijk de laatste vlucht, want alle vluchten die daarna zouden gaan zijn allemaal gecanceld. Dat was best heftig, maar voor ons was het een opluchting dat we uiteindelijk nog naar huis konden.”
‘Je kon nog gewoon ergens een broodje eten’
Hoewel de situatie in Zuid-Afrika vorige week nog niet vergelijkbaar was met die in Europa, begon De Jong zich toch lichte zorgen te maken over de opmars van het coronavirus: “Wij hadden Nederlandse tv en we volgden continu het Nederlandse nieuws. Je zag dat het hier ook slechter werd en toen voelden wij wel een beetje aankomen dat er, ook gezien wat er in andere Europese landen gebeurde, misschien wel een lockdown aan zat te komen. Vandaar dat we er al rekening mee hielden dat als Nederland alles af zou sluiten, we niet meer terug konden. Toen was het in Zuid-Afrika eigenlijk nog vrij rustig en werd het langzamerhand steeds erger”, gaat hij verder. Vanwege de situatie in de Zuid-Afrikaanse krottenwijken en townships, voorziet De Jong grote problemen voor het land waar hij tot voor kort nog woonde: “Als de ziekte daar eenmaal inslaat, hebben de armere mensen niet de financiële middelen om medicijnen te betalen of een dokter te betalen, dus dat kan echt op een regelrechte ramp uitlopen.” Via de Nederlandse televisie kreeg hij ook de maatregelen mee die werden getroffen. In Zuid-Afrika was het tot vorige week nog mogelijk om bijvoorbeeld buiten de deur te gaan eten: “Er waren voor de lockdown wel wat maatregelen genomen zoals afstand houden van elkaar en zorgen dat je je handen genoeg wast. Maar de restaurants waren verder gewoon nog open, je kon nog ergens een broodje eten. Zulke dingen konden nog. Ze hoopten dat het aantal besmettingen laag zou blijven, maar je zag op een gegeven moment dat het heel snel steeg.”
“Ik denk dat ze zich er in Zuid-Afrika ook wel van bewust zijn dat het heel snel heel erg kan worden. De president kwam daarom ook met een aankondiging: ‘Luister, over 3 dagen gaan wij voor 21 dagen in een totale lockdown.’ En dan mag je ook echt niet meer de straat op. Op dit moment lopen het leger en de politie rond om iedereen van de straat te houden. Je mag volgens mij nog wel een boodschap doen, maar voor de rest is alles dicht en moet je binnen blijven.” Zo kwam er voor De Jong onverwacht een einde aan een avontuur dat tot dusver zo voorspoedig verliep. Het dit seizoen gepromoveerde Stellenbosch sloeg bepaald geen modderfiguur in het Absa Premiership en de doelman heeft het idee dat er nog wel meer in het vat zit voor de Stellies: “We stonden op de elfde plek van de zestien, dus een beetje in de middenmoot. Vooralsnog was het een goed seizoen, het was het eerste jaar dat Stellenbosch op het hoogste niveau speelde. Het is nog een vrij jonge club, die drie jaar geleden pas is overgenomen. Er is ook een naamsverandering geweest, want het heette eerst anders (Vasco Da Gama, red.). Het was toch een vrije jonge club die heel erg in ontwikkeling is. Wat dat betreft deden ze het zeker niet slecht en ik denk ook dat de mogelijkheden er zijn om door te groeien naar een stabiele club of misschien wel meer.” De Jong vindt dat het niveau in de Zuid-Afrikaanse hoogste afdeling vergelijkbaar is met de ‘bovenkant van de Keuken Kampioen Divisie’: “Maar het is wel heel ander voetbal. Er gaat heel veel op kracht, fysiek, snelheid.”
“Ze zijn tactisch en technisch niet heel sterk. Je ziet natuurlijk in Nederland dat er heel verzorgd voetbal wordt gespeeld, zowel bij de lagere als bij de hogere clubs. Dat is daar gewoon wat minder. Hier in Nederland heb je gewoon hele mooie jeugdacademies waarin je opgroeit, met al het tactische en technische bewustzijn. Dat hebben ze daar niet, je komt daar pas op je zestiende of zeventiende bij een professionele club terecht en dan moet je eigenlijk alles nog leren. In de Keuken Kampioen Divisie proberen ze nog altijd netjes te voetballen en weten de jongens tactisch wel wat er moet gebeuren. Je ziet in Zuid-Afrika wel dat, met alle respect, de jongens niet precies weten waar ze moeten lopen of wat ze op tactisch gebied moeten doen.” Op persoonlijk gebied was het eveneens een succesvol seizoen voor De Jong, die na twee jaar op de bank bij Anderlecht weer veel minuten kon maken: “Ze waren echt supertevreden en ze waren superblij met mij. Het enige puntje was dat ik voor Zuid-Afrikaanse begrippen best wel een hoog salaris kreeg omdat ik uit Europa kwam. Dus dat was het enige hekelpuntje voor hen. Maar voor de rest heb ik een gesprek gehad met de coach en hij gaf aan dat hij me er supergraag bij wilde houden en dat ze supertevreden waren. Dus ik ging er wel een beetje van uit dat ze wilden verlengen, maar zekerheid had ik niet.”
‘Ik kan niet zeggen dat ik al helemaal een plan heb uitgedacht’
Door zijn keuze om zijn contract te laten ontbinden en terug te keren naar Nederland breekt er een onzekere tijd aan voor De Jong en zijn gezin: “Het is heel lastig. Mijn vrouw en ik hebben hier natuurlijk ook over nagedacht. Nu we terug zijn gegaan en ik zogezegd werkeloos ben, weet ik niet wanneer de clubs weer gaan opstarten. Dat kan natuurlijk nog heel lang duren. Wij hebben er ook over nagedacht dat het misschien heel moeilijk wordt om weer een club te vinden. Maar we hadden ook zoiets dat we voetbal even niet het belangrijkste moeten maken, maar familie en gezondheid even voorop moeten stellen. Ik denk dat dat overal nu ook het belangrijkste is, zodat het virus hopelijk zo snel mogelijk indamt of weggaat en er dan weer gewoon gevoetbald kan worden. Dan zien we wel weer verder wat de toekomst gaat brengen, maar voor nu zou ik niet zeggen dat ik al helemaal een plan heb uitgedacht”, vertelt hij. De Jong speelde in Nederland in de jeugd van ADO Den Haag en Feyenoord en stond ook onder contract bij Excelsior, PEC Zwolle en Telstar. De doelman sluit niet uit dat hij opnieuw in Nederland aan de slag zal gaan, al staat hij ook open voor een nieuw avontuur elders in Europa of op een ander continent. Een vergelijkbaar scenario als bij Anderlecht, waar hij derde doelman was, behoort ook tot de opties: “Het ligt eraan op welk niveau. Als ik bij een hele mooie Eredivisie-club als tweede keeper kan fungeren, sta ik daar zeker voor open. Dat zou ik zeker niet verkeerd vinden.”
“Maar mocht er een Keuken Kampioen Divisie-club of een club uit een lagere divisie elders langskomen, dan zou ik wel graag willen spelen. Want ik denk dat wedstrijden spelen heel belangrijk is voor mijn ontwikkeling. Vorig jaar was de opzet ook dat ik een uitdaging zocht waar ik wedstrijden kon gaan spelen en die vond ik in de vorm van Stellenbosch. Ik sta echter ook voor die andere scenario’s open, maar dan ligt het er wel aan op welk niveau en welke club. Met welk verhaal komt die club naar mij toe waarom ik dan tweede keeper word? Als ik daar achter een ervaren keeper kom te zitten waar ik heel veel van kan leren en in de toekomst door kan groeien naar eerste keeper, dan is dat zeker een optie.” Voor één club maakt hij echter alvast een uitzondering: “Als Feyenoord mij als derde keeper vraagt, denk ik dat ik gewoon terugga naar Feyenoord. Dat is natuurlijk een schitterende club, dus daar zou ik zeker naartoe gaan”, sluit hij lachend af.