Ajax-aankoop maakte transformatie door: ‘In drie maanden tien kilo spiermassa’
Kjell Scherpen maakte ruim een jaar geleden de overstap van FC Emmen naar Ajax. De talentvolle keeper moet het voorlopig doen met wedstrijden in de Keuken Kampioen Divisie. Ondanks dat hij bij Ajax niet in de Eredivisie speelt, denkt hij dat hij in Amsterdam een betere keeper is geworden. "Ik denk dat ik op alle fronten wel completer bent geworden”, aldus Scherpen.
De twintigjarige doelman legt uit waarom hij denkt dat hij een completere doelman is dan in zijn tijd bij FC Emmen: "Dan moet je denken aan het keepende gedeelte, het fysieke gedeelte en het voetballende gedeelte. Daardoor voel ik mezelf comfortabeler in het doel en is mijn spel verbeterd”, aldus Scherpen op de clubwebsite. Naar eigen zeggen heeft de jeugdinternational in fysiek opzicht een enorme groei doorgemaakt. “Toen ik bij Emmen zat, dacht ik dat ik fysiek wel in orde was. Maar toen ik bij Ajax kwam, kwam ik in drie maanden tien kilo spiermassa aan. Als ik nu foto's terugzie van mezelf bij Emmen besef ik dat ik toen nog best een dun sprietje was.”
Scherpen was bij Emmen eerste keeper, terwijl hij bij Ajax André Onana en Maarten Stekelenburg voor zich heeft. Bij Jong Ajax is het in de Keuken Kampioen Divisie stuivertje wisselen met Dominik Kotarski. Hij is erop gebrand om zijn progressie nu aan het publiek te tonen. “Ik hoop dat ik op de goede weg ben en dat kan laten zien aan de mensen die dachten dat dat niet zo was”, aldus de Ajacied, die tot medio 2023 vastligt in Amsterdam. “Mensen van buitenaf zien Ajax wel eens als een koude club”, vervolgt hij. "Maar de mensen die er zijn, zijn allemaal aardig en dragen je een warm hart toe. Het voelt als een familie. Het is een warme club.”
Scherpen wil meer bij Ajax, maar schikt zich voorlopig in zijn huidige rol. Hij laat weten geduldig te zijn. “Ik ben realistisch genoeg om te zien of dingen goed gaan of nog niet goed genoeg. Ik weet dat er nog stappen gezet moeten worden, dus dat is mijn belangrijkste doel voor dit seizoen.” Voorlopig probeert hij zoveel mogelijk te leren op de trainingen. “Als je bijvoorbeeld van Klaas-Jan Huntelaar elke dag schoten op doel krijgt, die allemaal strak in de hoek gaan, kun je daar veel van opsteken. Wedstrijden zijn nodig om dat te kunnen laten zien, maar ik ben pas twintig en heb nog genoeg tijd om op die wedstrijden te wachten.”