‘Achteraf ben ik heel blij dat ik ben teruggevlogen om hier te tekenen’
Op zijn gemak sloft Rochdi Achenteh door het Jan Louwers Stadion. De 31-jarige verdediger ontvangt zijn gasten in het knusse stadion van FC Eindhoven alsof ze bij hem thuis over de vloer komen. Voor weinig spelers is het onderkomen aan de Aalsterweg zo bekend terrein als voor Achenteh, die bijna twee jaar geleden terugkeerde bij zijn oude liefde. Dat hij een rentree in zijn geboortestad boven een avontuur in het buitenland verkoos, had een duidelijke motivatie: FC Eindhoven na ruim dertig jaar terugbrengen naar de Eredivisie.
Door Chris Meijer
Achenteh doorliep de jeugdopleiding van PSV, maar maakte in het Philips Stadion nooit minuten in de hoofdmacht. In 2008 maakte de vleugelverdediger annex middenvelder de overstap naar FC Eindhoven, waar hij na drie seizoenen een transfer naar PEC Zwolle verdiende. Voor de Zwollenaren, Vitesse, Willem II en Go Ahead Eagles speelde Achenteh 123 wedstrijden in de Eredivisie, waarin hij goed was voor 3 doelpunten en 14 assists. De degradatie van Go Ahead Eagles in 2017 maakte een einde aan zijn dienstverband in Deventer, waarna een aanbod uit de Eredivisie uitbleef. Achenteh had de mogelijkheid om een avontuur in Azerbeidzjan of Turkije aan te gaan en stapte zelfs al in het vliegtuig om te onderhandelen. “Als je 29 of 30 bent, kom je in de laatste fase van je carrière. Op dat moment denk je: ik kan daar zoveel verdienen en dat is tig keer zoveel dan hier, dus dan doe ik het maar. Als ik 36 of 38 ben, weet niemand meer wie Achenteh is. Bij wijze van spreken, want kleine jongetjes vertellen over Cristiano Ronaldo en Lionel Messi. Het is niet zo dat ze zeggen: ‘Achenteh, heb jij die meegemaakt?’ Het gaat er op het einde van je carrière om hoeveel je hebt gespaard en wat er op je rekening staat. Ik moet aan mijn gezin denken”, legt Achenteh uit in gesprek met Voetbalzone.
Wat deed je uiteindelijk besluiten om het niet te doen?
“Bij Vitesse merkte ik dat buitenlandse spelers in Nederland heel goed opgevangen worden. We proberen op allerlei manieren met ze te praten: Spaans, Frans, maakt niet uit. Als die jongens zich maar op hun plek voelen. Als ze dan naar een andere club gaan, spreken ze over de grote verschillen op dat vlak met het buitenland. Daarin zijn wij veel verder, ergens anders krijg je gewoon te horen: ‘Zoek het maar uit, je wordt betaald en er moet gepresteerd worden’. Punt. Dus ik dacht: moet ik dan naar Azerbeidzjan of Turkije gaan om veel betaald te krijgen, terwijl je misschien helemaal niet gelukkig wordt? Voor hetzelfde geld vertrek je dan al na een halfjaar of een jaartje. Ik ken heel veel jongens die naar het buitenland zijn gegaan, maar die niet gelukkig zijn geworden en binnen een aantal maanden alweer terug waren.”
Je hebt vijf seizoenen in de Eredivisie gespeeld, dus heb je de terugkeer bij Eindhoven niet als stap terug ervaren?
“Natuurlijk had ik nog in de Eredivisie willen spelen, maar een aanbod is destijds niet gekomen. Dan keer ik liever terug naar mijn stad, ik ben hier geboren en getogen, mijn ouders wonen om de hoek en kunnen komen kijken wanneer ze willen. Pieter van der Leegte (commissaris bij FC Eindhoven, red.) heeft de ambitie om nog een keer de stap naar de Eredivisie te maken. Daar snakt de club naar en ik gun het de supporters en Pascal Maas (assistent-trainer en oud-speler van FC Eindhoven, red.). Pascal zit hier al 25 jaar, is een legende bij de club en hij heeft hier letterlijk alles meegemaakt. Daarom hoop ik dat hij het een keer gaat meemaken dat FC Eindhoven naar de Eredivisie gaat. Een echte derby tegen PSV op het hoogste niveau, dat zou schitterend zijn.”
Zit je bij Eindhoven op je plaats nu?
“Zeker, ik heb het naar mijn zin. In het begin was het wennen, omdat ik op een ander niveau heb getraind en gespeeld. Maar het is aan mij om de jongens naar dat niveau te laten groeien. Natuurlijk was het een stap terug, maar deze club is speciaal voor mij. Achteraf ben ik blij dat ik ben teruggevlogen om hier te tekenen. Ik ben een voetballiefhebber en heb om die reden bewust deze keuze gemaakt.”
Daardoor is Achenteh momenteel een van de mentors in de overwegend jonge selectie van FC Eindhoven. De geboren Eindhovenaar is samen met doelman Ruud Swinkels (32) de enige speler in het keurkorps van trainer David Nascimento boven de dertig. Voor FC Eindhoven is het een enigszins wisselvallig seizoen, met de veertiende plaats in de Keuken Kampioen Divisie. De formatie van Nascimento begon deze jaargang met vijf nederlagen op rij. “De ene week win je met 8-1 van FC Dordrecht, de andere week verlies je bij Helmond Sport”, antwoordt Achenteh bevestigend op de vraag of wisselvalligheid dit seizoen het grootste probleem was voor FC Eindhoven. “Die mag je gewoon niet verliezen, niet alleen omdat je anders had meegedaan om een plaats in de play-offs. Maar ook voor de supporters, dit was de wedstrijd van het jaar voor hen. Voor Helmond was het jaar al voorbij, ze staan onderaan, hebben veel tegengoals en eigenlijk is het een zooitje daar. Het gaat niet om tactiek, dit of dat. De wil om te winnen moet groter zijn, maar dat is niet gebeurd en op dat vlak zijn we afgetroefd. Voor iedereen is het frustrerend, ook voor de staf. Zij zien wat wij kunnen, maar het komt er niet uit. Dat is nog pijnlijker.”
Kijk jij daar anders tegenaan dan andere spelers?
“Toen ik hier op jonge leeftijd speelde, wilde ik alle ballen hebben, acties maken, assists geven, de beslissende pass geven en alle penalty’s nemen. Maar hoe ouder je wordt, hoe meer je naar de details en het elftal gaat kijken. Dan ga je even met die een drankje doen, met een ander even praten en loop je sneller binnen bij de staf. Het verlengstuk van de trainer, dat ben ik wel een beetje.”
Ervaar je dat ook als een lastige rol?
“Soms wel, want je moet veel met de jongere spelers bezig zijn. Dat kan ook ten koste gaan van je spel, je bent met alles bezig: anderen neerzetten, de tegenstander en je eigen spel. Dat zijn drie dingen tegelijk, dat is soms teveel. Die jongens vragen veel dingen aan mij, over het vervolg van hun carrière bijvoorbeeld. Of als iemand niet speelt, vraagt hij of hij er iets aan moet doen, wat de oorzaak is.”
Achtenteh speelde dit seizoen negentien wedstrijden voor FC Eindhoven, een aantal dat relatief beperkt bleef doordat hij voorafgaand aan het seizoen zijn enkel brak. “Toen ik die blessure opliep, dacht ik: kut, en nu? Niet voor mezelf, voor de jongens. Vroeger zou ik altijd aan mezelf denken, maar nu had ik het gevoel dat ik het team in de steek liet. Terwijl je eigenlijk zoiets moet hebben van: vriend, ga jij lekker rustig aan doen. Je staat machteloos, omdat je ze totaal niet kan bereiken. Eigenlijk is dat hetzelfde zoals de trainer het ervaart. Hij kan ons buiten het veld benaderen, maar in het veld wordt het lastig. In de Eredivisie kan je soms niet eens je medespelers niet bereiken, als je in De Kuip staat bijvoorbeeld. Dan kan je schreeuwen wat je wil en hoog of laag springen, maar dat lukt niet.” Achtenteh is momenteel in het bezit van een aflopende verbintenis en gaat binnenkort met FC Eindhoven om de tafel om over zijn nabije toekomst te praten. “Als er een aanbieding komt, dan neem ik dat in beraad en wellicht ga ik in de toekomst wat anders doen hier. Ik ga sowieso een trainerscursus doen en ik kan assistent worden van een jeugdteam, alleen moet ik nog even afwachten hoe mijn toekomst eruit ziet. Ik ben in ieder geval nog te jong om te stoppen, ik houd nog teveel van het voetbal.”